Stervensbegeleiding en Palliatieve zorg

Onder stervensbegeleiding verstaat men het geheel van acties die de laatste levensdagen voor een stervende draaglijker kunnen maken. Men denke daarbij aan aanwezigheid van niet-professionele hulpverleners die de verpleeghulp aanvullen, al hebben die een zekere opleiding doorlopen.

Met stervensbegeleiding verwijst men voornamelijk naar gesprekken over zingeving. Het onderscheid in de maatschappij tussen gelovigen en vrijzinnigen wordt in de ziekenkamer duidelijk: de stervende kiest ofwel voor palliatieve zorg, al of niet gecombineerd met zingevingsgesprekken met een religieus zielzorger en het toedienen van het sacrament van de zieken of voor gesprekken met een moreel consulent, ofwel voor euthanasie, al of niet gecombineerd met zingevingsgesprekken met een moreel consulent.

Beide staan doorgaans tegenover elkaar, hoewel dat niet noodzakelijk is. In beide gevallen gaat het om evenwaardige ondersteunende maatregelen bij het levenseinde.

Palliatieve zorg is zorg die gericht is op palliatie, dat wil zeggen verzachting of verlichting. Het wordt meestal gebruikt als impliciet contrast met curatieve zorg, medisch en verzorgend handelen met als doel genezing te bereiken. Palliatieve zorg is dus meestal van toepassing als genezing niet (meer) mogelijk is.

Binnen de stervensbegeleiding is tegenwoordig veel aandacht voor palliatieve zorg. Bij mensen die ongeneeslijk ziek zijn en in een vergevorderd stadium van hun ziekte, probeert de palliatieve zorg een continue en totale zorg te bereiken die het lijden zoveel mogelijk beperkt en verzacht. Er zijn instellingen die dergelijke zorg op professionele grondslag aanbieden, maar ook wordt vaak gebruikgemaakt van vrijwilligers en familieleden.

Onder palliatieve zorg valt alle zorg die erop gericht is de patiënt met een levensbedreigende ziekte (en zijn naasten) een zo hoog mogelijke kwaliteit van leven te geven.
Palliatieve zorg is aan de orde als de ziekte waaraan de patiënt lijdt ongeneeslijk blijkt te zijn. Er is in palliatieve zorgverlening niet alleen aandacht voor de lichamelijke klachten waarmee patiënten tijdens het vervolg van de ziekte te maken kunnen krijgen, er is eveneens aandacht voor de psychische, sociale en/of spirituele problemen die zich bij de patiënt en/of zijn naasten kunnen voordoen. Het wordt daarom weleens ‘totale zorg’ genoemd: zorg voor zowel lichaam als geest en ziel. ‘Een comfortabel ziekte- en sterfbed’ is te allen tijde het belangrijkste doel van de betrokken zorgverleners.

De zorg omvat:

  • Lichamelijke (fysieke) verzorging. Hier ligt het accent op het bevorderen van het comfort. Echte medische "behandeling" wordt stopgezet, met uitzondering van pijnbestrijding en andere comfort-verhogende maatregelen. Een van de aspecten van deze vorm van palliatieve zorg is palliatieve sedatie.
  • Psychologische zorg. Een aanbod (geen verplichting) in het helpen aanvaarden.
  • Omgevingszorg of sociale aspecten. Ook voor de familie (dikwijls de partner) maakt men tijd om het aanvaardings- en rouwproces te verwerken. Ook de materiële aspecten komen hier aan bod (ziekteverzekering, tijdelijke tussenkomst in verblijfskosten van familieleden in of dichtbij bij het ziekenhuis, enzovoort)
  • Existentiële zorg alleen op verzoek van de patiënt: gelovige of morele duiding geven voor existentiële vragen.

Hoewel palliatieve zorg nu erkend en gesubsidieerd wordt (mits medische verantwoording), gebeurt veel van de hulpverlening ook op vrijwillige basis. Vormen van palliatieve zorg kunnen zowel in het ziekenhuis als thuis aangevraagd worden.

Palliatief komt van het Latijnse woord Pallium, dit betekent mantel. In de palliatieve zorg wil men zorg die als een mantel de zieke omgeeft. Het herinnert aan de daad van Martinus van Tours (Sint Maarten) die zijn mantel deelde met een naakte bedelaar.

Voor meer informatie zie: http://www.palliatievezorg.nl/
Zie ook onze literatuurpagina.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten